In 2020 én 2021 kon door Covid-19 de fokkersavond van BWP Zuid-Oost-Vlaanderen niet plaatsvinden, dit jaar daarentegen wel. Peter De Brabandere, voorzitter van BWP Zuid-Oost-Vlaanderen, zei tijdens het openingswoord ‘ik merk dat er opnieuw goesting is na enkele jaren van afwezigheid’. Dat is het minste dat men kon zeggen: de organisatoren telden 340 aanwezigen.
Jeroen Declercq opende het doek met een voordracht over ‘Medische begeleiding van een sportpaard’. In 2003 studeerde hij af als dierenarts aan de faculteit diergeneeskunde van Gent. Na een jaar ‘internship’ in De Bosdreef, keerde hij terug naar de faculteit diergeneeskunde om er zich te specialiseren in de chirurgie van grote huisdieren. Met zijn werk ‘Dorsale osteochondrale fragmenten in het kogelgewricht bij warmbloedpaarden’ behaalde hij in 2012 zijn doctoraatstitel. “In 2013 heb ik mijn eigen praktijk gestart en werd ik freelance chirurg bij Tom Mariën (Equitom). Sinds 2022 ben ik ook partner van de Equine Care Group. Daarnaast ben ik sedert 2004 actief als dierenarts van het Belgische Paralympische dressuurteam, alsook van het Team vierspanmenners en enkele jeugdcategorieën.”
“Het sportpaard is een echte atleet. Men kan een sportpaard zelf gaan fokken of gaan aankopen. Fokken is geen wiskunde, maar heeft veel te maken met passie en liefhebberij. Het aankopen van een sportpaard brengt ons meteen bij een zeer gevoelig thema, met name het aankooponderzoek en de rol van de dierenarts daarin: het klinisch onderzoek en radiologisch onderzoek leiden er vaak toe dat het paard een ‘stempel’ krijgt. Persoonlijk denk ik dat we allemaal ons gezond boerenverstand dienen te gebruiken. De dierenarts kan het paard grondig medisch evalueren en een opsomming van risicofactoren meegeven. Het is uiteindelijk aan de koper en verkoper om deze af te wegen tegenover de kwaliteiten van het paard en de uiteindelijke doelstelling van de aankoop. Eens het paard is aangekocht en de sportcarrière volgt, dan is de rol van de dierenarts ruimer dan het medische alleen. Het belangrijkste in heel dat verhaal is dat het paard een gelukkige atleet zou moeten zijn, zowel fysisch als mentaal. Daarover bestaat geen handboek. Er zijn paarden die genieten van dagelijks in een paddock of buiten te lopen. Is dit het geval, dan moet men dit respecteren, in het belang van het mentale aspect. Anderzijds zijn er ook paarden die tijdens de sportbegeleiding alle dagen graag bepampeld worden en op stal tussen de mensen graag verzorgd worden.”
Een belangrijk aspect in de begeleiding van een sportpaard is de voeding. “Eenvoudige voeding. Wat staat bovenaan op de lijst? Voldoende vocht binnenkrijgen. Dat is nodig om goed te kunnen functioneren. Daarna is ook de rantsoenering belangrijk en om deze niet ‘bruusk’ te veranderen net voor een belangrijke competitie. De voeding van een paard aanpassen veertien dagen voor of zelfs tijdens een competitie is niet verstandig. Naast de voeding bestaat er een brede waaier aan supplementen. Deze kunnen gericht als ondersteuning dienen, maar het kan niet de bedoeling zijn dat een paard meer supplementen eet dan krachtvoer. Probeer daarin selectief te zijn, in samenspraak met uw dierenarts, groom en trainer. Een belangrijke randbemerking bij het ganse voedergebeuren is het risico op contaminatie met ‘prohibited substances’. Wanneer u een paard naar een competitie stuurt, zorg ervoor dat de voeding van erkende firma’s komt en dat de supplementen erkend zijn. Gebruik enkel geregistreerde producten.”
“Naast de voeding is ook de training belangrijk. Daarbij is het zinvol om een bepaald schema op te stellen. We onderscheiden een trainingsschema en een wedstrijdschema. Indien men naar een concours in warmere oorden reist, is het nuttig om zich voor te bereiden op de warmte. In België kan u nooit dezelfde warme temperaturen nabootsen zoals bijvoorbeeld in Spanje of Portugal, maar u kan er wel voor zorgen om uw paard te trainen tijdens het warmste moment van de dag. Daarna is nazorg of ‘cooling down’ heel belangrijk, misschien zelfs nog belangrijker dan de training zelf. Hoe beter men dit doet, hoe frisser uw paard ’s anderendaags zal zijn.”
“Een dierenarts kan een paard actief begeleiden om de prestatie trachten te verbeteren. Hij zal vooral in eerste instantie preventief proberen te handelen. Dit behelst enkele thema’s zoals vaccinatie en ontwormen, de mond en tanden (is niet alleen voor de spijsvertering van belang, maar ook voor het passende bit), het hart, de longen, de orthopedische evaluatie (waarbij een paard op een rechte lijn draaft (zoals op wedstrijd om te bepalen of het ‘fit to compete’ is) en in een volte stapt en draaft). Het orthopedisch evalueren is ‘teamwork’, zeg maar een samenwerking tussen dierenarts, hoefsmid en fysiotherapeut waarbij overleg en het delen van informatie de sleutel tot succes zijn. Dit kan worden aangevuld met een bereden onderzoek of evaluatie van video-opname van een spring- of dressuurproef van het paard. Gespecialiseerde beeldvorming brengt belangrijke informatie: denk aan de MRI, scintigrafie CT-scan en de staande CT-robot. Een inspanningstest kan eveneens handig zijn, waarbij het paard op een loopband inspanningen levert, al dan niet bij wijzigende temperatuur of hellingsgraad van het toestel.’
Vervolgens had Jeroen het over het internationaal transport van paarden. Daarbij is het van belang om de reistijd goed te respecteren en aandacht te besteden aan de manier waarop het paard reist. Paarden die goed drinken en een goede vochthoudingstatus hebben, kunnen lang reizen. We spreken dan over reistijden van 10 tot 18 uren. Paarden die niet goed drinken, kunnen na drie of vier uur al ziek worden.” Wat is het grote probleem bij reizen? “Shipping fever of koorts na transport. Het mechanisme daarachter is vrij eenvoudig. De afweer van het paard ter hoogte van het luchtwegstelsel hangt samen met de hydratatie of waterhuishouding. Hoe minder vocht in het systeem zit, hoe gevoeliger de longen worden voor een longontsteking en dergelijke. Daarbij komt de aanwezigheid van stof en irritatie van de luchtwegen die ervoor kunnen zorgen dat een paard koorts krijgt na het transport, hetgeen we ‘shipping fever’ noemen. Wat doet men met zo’n paard? De lichaamstemperatuur meten. Vanaf het moment dat deze na transport stijgt boven 38,5° Celsius en het eerste uur blijft stijgen, is het aangewezen het paard een infuus te geven in combinatie met de nodige medicatie. Idealiter begint het paard na de eerste 5 à 10l infuus opnieuw spontaan te eten. Eens een paard ‘shipping fever’ heeft gehad, zal het in de toekomst daar mogelijks gevoelig voor blijven. Zulke paarden gaat men best preventief behandelen.”
“In warme oorden is het zeer belangrijk dat uw paard na het leveren van een inspanning zo snel mogelijk begint met de ‘cooling down’. Dat gaat opnieuw over teamwork tussen de ruiter, groom, (team)dierenarts, trainer, sponsor en eventueel de bondscoach om uiteindelijk tot een goed resultaat te komen. Geen topresultaten zonder dopingcontrole. Een paard dat een medaille behaalt, zal na de prijsuitreiking aan een dopingcontrole worden onderworpen. Bij zo’n controle geldt ‘zero tolerance’, dit gelet op het welzijn van het paard. Men maakt een onderscheid tussen verbannen producten (dopingproducten, zoals spierversterkende middelen, bijvoorbeeld epo) en gecontroleerde medicatie (zijnde medicatie die dagdagelijks in de praktijk wordt gebruikt, maar niet is toegelaten op wedstrijd, bijvoorbeeld een ontstekingsremmer). Dit onderscheid houdt verband met de strafmaat. Bij positief testen op gecontroleerde medicatie én een positief B-staal, zal de strafmaat 3 à 6 maand zijn, afhankelijk van de omstandigheid en het type product. Bij positief testen op een verbannen product, zal men op de eerstvolgende olympiade niet aan de start mogen komen.” Jeroen besluit met de boodschap: “De belangrijkste zaken in de begeleiding van een sportpaard zijn: ‘maak uw huiswerk’, zorg voor het welzijn van uw paard en wees als dierenarts bij zo’n begeleiding een teamplayer.”
Na de voordracht werden verdienstelijke fokkers van het gewest gehuldigd. Hebben we jullie nieuwsgierigheid naar hun namen en foto’s geprikkeld? Surf dan naar de Facebookpagina van BWP Zuid-Oost-Vlaanderen. Na de voordracht en huldiging was er tijd en ruimte voor spijs en drank en konden de aanwezigen honderduit praten over hun geliefde, edele viervoeter. Paarden brengen mensen samen.
Auteur: Jo De Roo