Tekst: Kris Van Steen – Foto: Dirk Caremans
Afspraak op een mooie pré-zomeravond in Ressegem nabij Erpe en Mere. Het is net iets te fris om buiten op het terras te zitten en de zon te zien zakken achter de flank van de heuvel die volgend jaar het decor van de Nationale Eventingwedstrijd van LRV zal zijn. Hier, op deze Oost-Vlaamse, vruchtbare grond, opende King Edward Ress (Edward x Feo) twaalf jaar geleden de eerste keer zijn Koninklijke oogjes. Beste paard op de wereldranglijst. Belgisch Warmbloedpaard.
King Edward wordt geboren in de stallen van Wim Impens in het Oost-Vlaamse Ressegem, een deelgemeente van Herzele op de kruising tussen de Denderstreek en de Vlaamse Ardennen. Vader Edward 28 is een zoon van Embassy I. Moeder Konigin de Lauzelle dankt haar bestaan aan de liefdevolle ontmoeting tussen Feo en Gloria, een dochter van de Hannoveraanse hengst Garibaldi II. Na achttien maanden verlaat King Edward de malse weides van fokker Wim Impens en komt via Peter De Meulder bij Stefaan De Vos terecht. Naamgenote Ines - geen familie overigens en op dat moment amazone bij LRV Wambeek - koopt King Edward niet veel later. Hij is vanaf het eerste moment haar prins en wordt al snel haar koning want zo’n goed en meewerkend paard heeft Ines nog niet op stal en onder haar zadel gehad. Met Stefan Heymans als trainer springt Ines naar het BK voor zevenjarigen in Lummen. King krijgt nadien wat rust. Ines begint terug rustig in de winterwerking van Bomaco. Vanaf de eerste wedstrijd is het prijs. Handelaar Peter Eeckman heeft het talent van de donkervosse ruin meteen gezien en zorgt voor de transfer richting internationale sport. Eerst met de Zwitserse amazone Janika Sprunger. Later neemt haar Zweedse man en topruiter Henrik von Eckermann de teugels over. Het duo wordt met Zweden Olympisch Kampioen en ondertussen staat er € 1,345,175 prijzengeld op de rekening van King Edward. Keizerlijk.
King Edward en zijn fokker Wim Impens staan op dit moment op nummer 1 in de ranking van de Belgian Breeders Bonus. Proficiat Wim!
Veelzijdig paard
Wim Impens: Ik had de moeder van King Edward, Koningin de Lauzelle op stal gekregen door toedoen van een goede vriend, Peter De Mulder. Onze afspraak was dat de hengstenveulens naar Peter zouden gaan. De merries naar mij. Koningin was een merrie die Frans Hemeryck destijds (1987) fokte. Ze heeft in totaal dertien veulens gegeven. Waaronder Prins de Jochri (v. Felini) die in Amerika wedstrijden sprong. Alsof het een ongeluksgetal was, is het laatste veulen, kort na de geboorte gestorven. Het zou een ‘volle zus van King Edward’ geweest zijn. (zucht) King Edward was het voorlaatste veulen van Koningin. Ik koos destijds voor Edward 28 als hengst omdat die in Duitsland heel sterke zadelproeven had afgelegd en zijn indexen heel hoog waren. Zowel in springen als dressuur! Ik wou een veelzijdig paard fokken.
Puur hobby
Wim Impens: Sommige fokkers zullen dat fout of dom vinden en opperen dat specialisatie de norm is als je een topper wil fokken. Maar de fokkerij is bij ons puur een hobby. (nvdr.: Wim is dierenarts) Bovendien is de stam waaruit Konigin de Lauzelle komt een verankerde Duitse stam waaruit verschillende goede spring- en dressuurpaarden komen. Vijf van haar nakomelingen springen op 1.40m. niveau of hoger en toch hebben Peter en ikzelf ook met Florestan I, een dressuurhengst, met haar gefokt.
Trots
Wim Impens: Het maakt me trots dat ik de fokker ben van King Edward en ik kan niet ontkennen dat je heel blij wordt als je fokproduct in de 5* GP foutloos ziet springen of sterker nog Olympisch Kampioen ziet worden. Ik ben zelf LRV-ruiter, we fokken paarden die zowel voor springen als dressuur kunnen dienen. We worden daar absoluut niet rijk van. Als we een paard fokken, dan is dat in de eerste plaats om ze zelf op te leiden en zelf mee te rijden. Op die manier blijft ‘paardrijden’ financieel een beetje haalbaar. King Edward is hier voor relatief weinig geld vertrokken, stel je daar geen hoge bedragen bij voor. Maar het is fantastisch om hem nu op het allerhoogste niveau bezig te zien.
Eventing
Wim Impens: Wij zijn echte eventing-liefhebbers en fokken altijd een beetje in die richting. Daar zie je toch ook dat er meer en meer ‘springgefokte’ paarden goed hun plan trekken en alsmaar beter gaan presteren. Dat zullen misschien geen ‘1.60m.-paarden’ zijn, maar er is niks mis mee als je weet dat je paard er makkelijk over kan. Dat geeft je in de cross alleszins een veiliger gevoel. Dus ook daar houden we rekening mee bij onze hengstenkeuze.
Cijfers
Wim Impens: Met de komst van het Internet is er echt een wereld van informatie open gegaan voor de fokkers. Ik ben een addict van indexen en cijfers. Genetica heeft me altijd al geïnteresseerd. Al van mijn zeven jaar. Toen was dat met konijnen en schreef ik ook alles op. Cijfers liegen niet, ze zijn misschien niet altijd zaligmakend, maar ze geven wel tendensen aan. Ik kan daar uren mee bezig zijn ’s avonds. Vanuit mijn achtergrond als KI-dierenarts is dat iets dat me heel erg boeit. Als ik naar de koeien kijk, dan haal je daar heel veel informatie uit. Bij paarden en bij de stamboeken staan ze op dat punt nog in hun kinderschoenen, maar ik ben ervan overtuigd dat er een verband is tussen genetica en sportprestaties. En ik zie hengsten ook graag live aan het werk. Verder ben ik ook overtuigd van de waarde van een stam achter een paard. Er zijn paarden die op een verankerde stam van vijftig, zestig tot honderd jaar terug gaan. Dat zegt ook veel over een paard.
LRV
Wim Impens: We fokken thuis in de eerste plaats om mee te kunnen doen in LRV. LRV is volgens mij nog steeds ideaal om jonge paarden - en ruiters - op te leiden en het is nog betaalbaar. De paardensport is fel gedemocratiseerd de afgelopen jaren, maar ik ben bang dat de slinger terug in de verkeerde richting aan het doorslagen is. Het mag niet opnieuw een sport voor de happy few worden. Ik hoorde van een eventingruiter wat die moest betalen om aan een internationale wedstrijd deel te nemen. Daar schrik ik van en het zal in de springsport zeker niet anders zijn. De basisopleiding van een spring-, dressuur- of een eventingpaard is nu eenmaal dezelfde. Een sprongetje nemen, is goed voor een dressuurpaard. Meerijden in de groepsdressuur is volgens mij zeker niet slecht voor een jong paard. Integendeel. De SBB-Competitie voor Jonge Paarden die binnen de werking van LRV wordt georganiseerd, is ook een goede zaak. Het is toch opvallend hoeveel toppaarden hun opleiding binnen LRV hebben gehad. King Edward incluis. Als je met een jong paard aan verschillende wedstrijden deelneemt, dan heeft zo’n jong paard heel veel geleerd.
Wim Impens over de Belgian Breeders Bonus
“Mooie bonus bovenop het fokkersgeluk”
Wim: Wie tot de ‘inner circle’ van de paardenfokkerij en paardensport behoorde, wist het reeds langer. In België fokt men toppaarden! Mede door het mediagebeuren rond de Olympische Spelen van Tokio werd dit ook bekend bij een breder publiek. Ik maakte dit zelf mee als fokker van King Edward Ress. Met kennis en vooral passie maakten de Belgische fokkers gebruik van onder andere wetenschap en een gunstige ligging om echt goede paarden te fokken. Vele goede foklijnen werden hier verenigd en geselecteerd. Nu zijn vele Belgische hengsten in het buitenland gewild om daar de fokkerij te verbeteren. Maar ook hier in eigen land blijft dit alles niet onopgemerkt. Enkele stakeholders wilden een hart onder de riem steken van de meestal anonieme fokkers. Het is de eerste maal dat er een initiatief van deze omvang ontwikkeld werd. Dertig fokkers zullen beloond worden voor hun inspanningen van jaren. In elk geval is dit een mooie bonus bovenop het fokkersgeluk! Uiteraard kijk ik af en toe eens waar ik in de ranking sta. Eerlijkheid gebiedt, het is meer dan uit nieuwsgierigheid alleen. Verder hoop ik dat een initiatief zoals de “Belgian Breeder’s Bonus” de kracht van de Belgische fokkerij verder bekend maakt en de positieve visie van de maatschappij op het paardengebeuren in het algemeen.